In de oudheid werd het gebied waar Birmingham vandaag ligt, bewoond door de Romeinen. In de Romeinse tijd liep er een belangrijke verbindingsweg door de streek. Er werden de voorbije jaren dan ook verschillende nederzettingen uit die periode teruggevonden. Toen de Romeinen er vertrokken, stagneerde het gebied in zijn ontwikkeling aangezien de grond niet geschikt was voor landbouw.
In de 12de eeuw, nadat de Noormannen Engeland veroverd hadden, kreeg de familie Birmingham het gebied in leen en liet er een boerendorp bouwen. Lange tijd bleef het dorp een eenvoudig, klein gehucht, maar toen de familie het recht verwierf om er markten te organiseren, kwam de ontwikkeling van de stad in een stroomversnelling. Al gauw behoorde Birmingham tot een van de belangrijkste handelsplaatsen van het land.
In 1527 ging het bezit van de stad over in de handen van de Hertog van Northumberland. In die periode werd de stad economisch erg belangrijk omwille van de aanwezige metaal- en wapenindustrie. Ook de nabij gelegen steenkoolgroeven zorgden voor heel wat tewerkstelling en een voortvarende economie. Deze factoren droegen er toe bij dat Birmingham in de 18de eeuw mee aan de wieg stond van de Industriële Revolutie.
Ook tal van intellectuelen verbleven in die periode in de stad Onder andere James Watt en Matthew Boulton brachten zowel wetenschappelijk als filosofisch belangrijke ideeën aan. Zo is de uitvinding van de stoommachine ondermeer aan hun aanwezigheid en denkwerk te danken. De ontwikkeling van het kanaalsysteem aan het einde van de 18de eeuw zorgde ervoor dat de stad vlot bereikbaar werd voor handelsschepen. In die periode telde Birmingham zo’n 90.000 inwoners en behoorde tot een van Engelands belangrijkste handelscentra.
In de eerste helft van de 19de eeuw ontwierp Robert Stephenson de spoorweg tussen Londen en Birmingham. Later volgden ook verbindingen met Liverpool en Manchester, wat opnieuw een boost voor de economie betekende. De bevolkingsaangroei volgde de opwaartse beweging en in 1860 telde de stad dan ook bijna 300 000 inwoners.
Eind 19de, begin 20ste eeuw werden heel wat voorsteden bij Birmingham gevoegd, wat het inwonersaantal opnieuw de hoogte injoeg. Tijdens de Eerste en Tweede Wereldoorlog werden grote hoeveelheden wapens en ander militair materieel geproduceerd. Helaas keerden de wapens zich ook tegen de stad, toen Birmingham tijdens WO II zware beschadigingen opliep door bombardementen van de Duitse Luftwaffe. Na de Tweede Wereldoorlog werden de meeste arme en vernielde arbeiderswijken volledig afgebroken en werden grote delen van de stad heropgebouwd.
Tijdens de jaren ’50 kwamen heel wat immigranten uit de voormalige koloniën van het Verenigd Koninkrijk, het Britse Gemenebest genaamd, een beter leven zoeken in de stad. Zo komt het dat vandaag ongeveer een vierde van de bevolking tot etnische minderheden behoort, waaronder vele Pakistanen en Indiërs. In de jaren ’80 volgde een nieuwe golf immigranten, dit keer vooral Kosovaren en Somaliërs.
Vandaag is Birmingham niet meer de industriestad van weleer. Kunst en cultuur worden er hoog in het vaandel gedragen en ook de dienstverlenende sector heeft sterk aan belang gewonnen.
Als je je afvraagt waarom er veel over "Brum" wordt gesproken in Birmingham... Brum is de nickname van de stad, afgeleid van de oude naam Brummagem. De inwoners van Birmingham heten dan ook Brummies.