Vandaag de dag is Göteborg de tweede grootste stad van Zweden, wat deels te danken is aan de grote haven en strategische ligging. Het belang van deze strategische ligging werd al duidelijk in de vroegmoderne periode, toen de grenzen van Zweden werden vastgelegd. Op dat moment was Göteborg namelijk de enige Zweedse poort naar de Noordzee en de Atlantische Oceaan. Daarom werd in 1621, na een aantal mislukte pogingen, uiteindelijk de stad Göteborg opgericht door koning Gustav Adolf.
De kanaalleggers van Amsterdam hadden het wel erg druk
Het waren de Nederlanders die een belangrijke rol hebben gespeeld in het vormgeven van de jonge stad. Omdat de Zweden nog steeds bang waren voor een aanval van buurland Denemarken, namen ze Nederlandse experten in dienst om een defensief kanalensysteem te bouwen in het centrum. Daarom werd de stad op dezelfde manier ontworpen als de Nederlandse stad Amsterdam. Hierdoor verkregen de Nederlanders initieel ook heel wat politieke macht. Tijdens deze periode werd de stad geregeerd volgens Nederlandse wetten en waren er zelfs voorstellen om het Nederlands de officiële taal van de stad te maken. De Zweden verwierven pas de macht over Göteborg toen de laatste Nederlandse politicus stierf in 1652.
Echo’s van doedelzakken en kilts in de straten van Göteborg
Naast de Nederlandse invloeden, werd Göteborg ook sterk beïnvloed door de Schotten die zich er kwamen vestigen. Een aantal onder hen verwierven veel aanzien in de stad. Zo investeerde William Chalmers, de zoon van een Schotse immigrant, in een onderwijsinstelling die later uitgroeide tot de Chalmers University of Technology. In 1841 richtte de Schot Alexander Keiller dan weer het bekende scheepsbouwbedrijf Götaverken op, dat vandaag de dag nog steeds bestaat.
In 1658 werd er tussen Zweden en Denemarken het Verdrag van Roskilde gesloten, waardoor Denemarken een aantal provincies moest afstaan. Hierdoor verkeerde Göteborg niet langer in een kwetsbare positie, waardoor het in staat was om uit te groeien tot een belangrijke haven en vooraanstaand handelscentrum aan de westkust.
Een piratenhandeltje in potvissen van de Zweedse Oost-Indische Compagnie
In de 18de eeuw was de visindustrie de hoofdtak van de stad. Toen in 1731 echter de Zweedse Oost-Indische Compagnie werd opgericht, bloeide de stad als nooit tevoren door de zeer winstgevende handelsexpedities naar China. Hierdoor groeide de haven van Göteborg uit tot de belangrijkste haven van Zweden voor handelsexpedities naar het westen. Bovendien was de haven van Göteborg het belangrijkste vertrekpunt voor de stijgende Zweedse emigratie naar de Verenigde Staten. In Nebraska (VS) werd er daarom zelfs een kleine Zweedse nederzetting gebouwd met dezelfde naam.
In de 19de eeuw groeide Göteborg uiteindelijk uit tot een moderne industriestad die verder bleef bloeien in de 20ste eeuw. Ook het bevolkingsaantal nam exponentieel toe. In de 20ste eeuw werden er ook tal van grote bedrijven opgericht, waaronder SKF (1907) en Volvo (1926).