Geschiedenis van Reims
In 496 begon met de doop van Clovis door bisschop Remigius een nieuw tijdperk voor Reims. Dat luidde meteen het begin in van een traditie die tot omstreeks 1825 zou standhouden. Nagenoeg alle Franse koningen werden in Reims door de aartsbisschop gezalfd en ingewijd.
De stad heeft altijd van groot religieus belang geweest. Al in de derde eeuw werd het christendom er gevestigd en beschikte Reims over een bisschop. Later gingen ook heel wat belangrijke ontmoetingen tussen pausen en hooggeplaatsten hier door.
Tegen de 10de eeuw was Reims alom bekend als centrum van de intellectuele cultuur met scholen waar de vrije kunsten onderwezen werden.
In de 19de eeuw werd de stad meerdere malen bezet en bevrijd tijdens buitenlandse invasies. In de Frans-Pruissische Oorlog, in 1870-1871, vestigden de Duitsers er hun gouverneurszetel. De stad kwam gehavend uit de strijd en ook in de Eerste Wereldoorlog leed Reims zware vernielingen. De Notre-Damekathedraal werd door een Duits bombardement nagenoeg volledig vernietigd. Het zou meer dan 40 jaar duren om ze in haar oude glorie te herstellen.
De Tweede Wereldoorlog was gelukkig minder dramatisch voor Reims en het was hier dat in het hoofdkwartier van Generaal Eisenhouwer de Duitsers op 7 mei 1945 de capitulatie tekenden. Na de oorlog maakte de stad een sterk urbanisatieproces door, vooral in de jaren ’60 en ’70, toen heel wat volkse wijken het licht zagen.
Moment van glorie in het recente verleden was toen paus Johannes Paulus II in 1996 een bezoek bracht aan de Notre Dame om het 1500-jarig bestaan van de christelijke monarchie in Frankrijk te vieren.
Nog een trip naar Reims boeken?
Bekijk zeker even de aanbiedingen bij volgende partijen:
