De vliegreis naar Tokio duurt zo’n veertien uur. De meeste toeristen landen met het vliegtuig op Narita, de internationale luchthaven van Tokio. Dit vliegveld ligt op zo’n zestig kilometer ten oosten van het centrum. Aan de luchthaven kun je de Narita Express Trein nemen, een snelle trein die je naar Tokio, Shinagawa, Yokohama, Shinjuku en andere haltes brengt. Een kaartje tot station Tokio kost je ongeveer 20 euro. Probeer op tijd te reserveren, het is vaak erg druk op deze lijn!
De skyliner is een sneltram die je op een uurtje van aan de luchthaven naar de wijk Ueno en Nippori brengt. Er is ook een limousinebus-service. Die zet je af aan de grootste hotels van Tokio. De reistijd bedraagt ongeveer zeventig minuten.
Binnenlandse vluchten landen op de luchthaven Haneda, die dichter bij de stad gelegen is. Vandaar kun je best de monorail nemen tot in Hamamatsucho. In Hamamatsucho heb je goede verbindingen met de rest van de stad.
De shinkansen zijn de supersnelle Japanse treinen. Alle shinkansen-lijnen naar Tokio hebben hun eindhalte in het hoofdstation van de stad. Alle treinen uit noordelijke richting komen aan in Ueno, uit westelijke richting in Shinjuku. Je kunt gemakkelijk overstappen op de metro of op de lokale treinen.
Maak je een rondreis door Japan, dan is het zeker niet aan te raden de stad binnen te rijden met de auto. Tokio bestaat uit een wirwar van smalle straatjes, die voor toeristen moeilijk te doorgronden is. Parking is er ongelooflijk duur en het verkeer is chaotisch.
Het openbaar vervoer in Japan is erg goed georganiseerd. De hoofdstad Tokio is daar niet anders in. In Tokio lopen verschillende spoorwegnetwerken, niet alleen van JR (Japan Rail), maar ook van privébedrijven. De Yamanotelijn is een spoorweglijn die rond het centrum van de stad loopt. Op deze lijn vertrekken bijna alle Japan Rail- en privé-treinen. In alle stations staan ticketautomaten. De prijzen van de kaartjes worden berekend volgens afstand. Je kunt je kaart ook al op voorhand kopen. Let op; Suica-kaartjes kan je enkel gebruiken op lijnen van Japan Rail, Passnet kun je dan weer op iedere lijn gebruiken, behalve Japan Rail. Treinen rijden tussen vijf uur ’s morgens en één uur ’s nachts. Tijdens de piekuren komt er om de drie minuten een nieuwe trein.
Het metronetwerk van Tokio is efficiënt en uitgebreid. Er zijn twee metronetten: Tokyo Metro en Toei. Tokyo Metro heeft negen lijnen. Veel stations worden zowel door Japan Rail als de metro bediend, wat overstappen erg gemakkelijk maakt. Alle lijnen worden aangeduid met een andere kleur. Stations staan ook altijd in het Engels aangegeven.
Slechts een paar Tokiose buurten zijn niet verbonden met het spoorwegsysteem. Hier zul je de bus moeten nemen. Buskaartjes hebben een vaste prijs (200 yen of 1,5 euro). Bussen zijn veel trager dan treinen en voor toeristen dus niet erg interessant. Taxi’s zijn over het algemeen erg duur en enkel voordelig als je in groepjes van minstens drie personen reist. Slechts weinig chauffeurs spreken goed Engels. De deuren worden geopend door de chauffeur, probeer ze niet zelf te openen of te sluiten.
Een originele manier om de stad te verkennen zijn de waterbussen of ferry’s, die in de Baai van Tokio en op de Sumida varen. Zij verbinden de buurten Asakusa, Hinode, Harumi en Odaiba.
Het metrostelsel in Tokio lijkt op het eerste zicht een hele warboel, maar eigenlijk is het de makkelijkste manier om je te verplaatsen in Tokio. Op de bus is het een stuk moeilijker: de chauffeur spreekt niet tegen je vanachter zijn afscherming, en je moet zelf je bestemmingen kunnen lezen.