Allereerst moet je natuurlijk weten hoe je van punt A naar punt B reist. De meeste toeristische kaarten van New York bevatten een goed uitgewerkt schema van de metrolijnen. Als je een computer of smartphone bij de hand hebt, kan je reisroutes-en tijden opzoeken op de website van het MTA (Metropolitan Transportation Authority). Daarna zorg je voor een geschikt vervoersbewijs. Een MetroCard is de beste optie: deze kaart kan je in een stationsloket of aan een automaat opladen met een bedrag naar keuze en scannen bij de ingang van de metro. Met een MetroCard heb je recht op één gratis overstap op een andere metro- of buslijn binnen twee uur na het scannen. Als je van plan bent om de metro vaak te nemen, kies dan voor een Unlimited Ride MetroCard waarmee je zeven dagen lang onbeperkt kan reizen. Let op: de kaarten kunnen niet tegen een stootje, dus bewaar ze zorgvuldig.
Je kan een MetroCard kopen in stations die gemarkeerd zijn met een groene bal aan de ingang. Een rode bal betekent dat je al een vervoersbewijs in je bezit moet hebben om het station binnen te komen. Kijk goed uit naar de juiste ingang. Veel metrostations hebben aparte ingangen (en scanpoortjes) voor de verschillende richtingen. Let op dat je in het juiste toestel instapt. De richtingaanduidingen zijn behoorlijk vaag, dus zorg ervoor dat je weet in welk stadsdeel je bestemming ligt. Je moet ook weten of je in de richting van het centrum (downtown) of van het centrum weg (uptown) moet reizen. Maak ook goed het onderscheid tussen lokale lijnen die overal stoppen en expresslijnen die veel kleine stations overslaan.
Zakkenrollers zijn een plaag in de New Yorkse metro, dus houd je bezittingen goed in het oog. Houd je rugzak in je hand en draag je portemonnee nooit in je achterzak. ’s Nachts is het een goed idee om een plekje te zoeken in een druk rijtuig, liefst zo dicht mogelijk bij de bestuurder.
Een heer in het metroverkeer
New Yorkers hechten veel belang aan metro-etiquette. Houd je aan deze gedragsregels als je de irritatie van je medereizigers niet wil opwekken:
- Laat eerst iedereen uitstappen voor je zelf instapt.
- De metrostellen komen schokkend op gang, dus houd je vast aan een paal om te voorkomen dat je tegen anderen aan botst. Leun niet tegen de paal.
- Schuif door naar het midden van het rijtuig als het druk wordt.
- Leg je voeten niet op het zitje tegenover je en neem geen zitplaatsen in beslag met je bagage.
- Het is niet gebruikelijk om een praatje te slaan met passagiers die je niet kent. De weg vragen is natuurlijk geen enkel probleem.
- Blijf op de roltrappen in het station aan de rechterkant staan, zodat haastige reizigers op de linkerhelft kunnen passeren.