Een prachtige wandelreis door het Atlasgebergte van Marokko

Het Atlasgebergte wordt gekenmerkt door een grote verscheidenheid aan landschappen en natuurpracht. Een ruig landschap van hoge pieken, watervallen, valleien en ravijnen, wandelaars zullen zich hier helemaal in hun sas voelen! Het Atlasgebergte strekt zich uit over Marokko, Algerije en Tunesië. Om verschillende gebieden in het gebergte aan te duiden wordt onder meer gesproken van de Anti-Atlas, de Hoge Atlas, de Kleine Atlas, de Midden-Atlas en de Sahara-Atlas. Al deze gebergten bevinden zich op het grondgebied van Marokko. Een trektocht door het Atlasgebergte is dan ook dé perfecte manier om je in te leven in een deeltje van de Marokkaanse cultuur.

Door bergen en dalen

Wanneer je graag door het Atlasgebergte zou trekken heb je twee opties als uitvalsbasis: de Midden-Atlas en Anti-Atlas of de Hoge Atlas.

De Midden-Atlas en Anti-Atlas

Het hoogste punt van het Midden-Atlasgebergte is 3326 meter, het gebied is bijgevolg erg toegankelijk voor liefhebbers van niet al te zware wandelingen. De hoogteverschillen zijn niet enorm groot, je kan als reiziger kiezen voor een reis per paard of ezel, al mountainbikend of te voet. Ben je in het Midden-Atlasgebergte, dan loont het zeker de moeite een bezoekje te brengen aan het Ifrane National Park, de Maagdelijke watervallen en het Aïn Leuh-cederbos.


De Anti-Atlas wordt gekenmerkt door natuurlijke contrasten. Je kan in het gebergte kilometers over droge keien wandelen om plots op stromend water te botsen op de meest afgelegen plaatsen. De meeste wandelroutes leiden je langs de versterkte dorpen en de vallei met amandelbomen.

De Hoge Atlas

Geniet wanneer je door het Hoge Atlasgebergte trekt van de ongelooflijke gastvrijheid van het Berberse volk. Nadat je hebt stilgestaan bij de warmte van de mensen heb je vanuit Azilal tal van mogelijkheden om de Hoge Atlas te bezoeken.
In het noorden heb je de Aït Bouguemez-vallei, de Ouzoudwatervallen en de Imi-n-Ifribrug. Aan de zuidkant van Azilal staar je in de diepte van de valleien en ravijnen van Mgoun, Todra en Dadès.

Wie van een stevige klim houdt kan zich wagen aan de zesdaagse beklimming van de M’Goun (4068m) of kan vertrekken vanuit Imlil voor een twee- à driedaagse klim naar de top van de Toubkal (4167m), de op een na hoogste berg van Afrika na de Kilimanjaro.